Reuzen en kabouters In dit thema staan de begrippen ‘groot’ en ‘klein’ centraal.

Van wie is de kleine broek, wie zit op een kleine stoel en drinkt uit een klein bekertje? En van wie is die grote broek en wie eet met een grote lepel?

Activiteiten

* In de groep wordt een kabouterhuis gemaakt, maar zijn ook spullen van de reus te vinden. Wat zetten de kinderen klaar als de reus op bezoek komt in het kabouterhuis? * De kinderen lopen als reuzen en als kabouters en ze proberen de bal te pakken van een hoge kast. Wie kan erbij? * Ook volgen de kinderen de voetstappen van de kabouter en die van de reus. Past hun voet in de voetstap van de reus? En in die van de kabouter? * Een strandbal wordt een paddenstoel, waarop een kabouter heen en weer wipt. Net als in het bekende kinderliedje ‘op een grote paddenstoel’. De baby’s wiebelen op hun buik op een grote bal.  * De baby’s spelen met grote en kleine bakjes die in elkaar passen. Ze roeren met een lepeltje in een kopje en proberen zelf een beetje water uit een bekertje te drinken.  * De baby’s spelen verstopspelletjes en doen spelletjes met hun handen en voeten.  * De kinderen leren een versje over drie kaboutertjes, waarbij hun vingers voor kabouter spelen.

Voorleesverhaal Kabouter Bim wil spelen. Maar de andere kabouters hebben geen tijd. Dan komt kabouter Bim een reus tegen. Nu kan kabouter Bim toch met iemand spelen! Samen spelen ze met de bal. En wat handig dat de reus zo groot is dat hij de bal kan pakken als die boven in de boom vastzit!

Spelenderwijs ontwikkelen: Door het meedoen aan de spelactiviteiten van dit thema: 0-1,5 jaar:  * Speelt de baby met grote en kleine voorwerpen en ontdekt bijv. dat een klein bakje in een groter bakje past.  * Gebruikt de baby zijn handen en voeten bij verschillende spelletjes. * Leert de baby de woorden voor ‘hand’, ‘voet’ en ‘vinger’ herkennen en begrijpen.   * Speelt de baby verschillende spelletjes met de pedagogisch medewerker, zoals een verstopspelletje.   1,5-2,5 jaar:  * Speelt het kind met grote en kleine voorwerpen en ontdekt bijv. dat een klein bakje in een groter bakje past. * Speelt het kind met andere kinderen door samen te bewegen en elkaar na te doen. * Oefent het kind zijn lichaamsbalans.  2,5-4 jaar:  * Speelt het kind met grote en kleine voorwerpen en ontdekt en benoemt bijv. dat een klein bakje in een groter bakje past. * Speelt het kind met andere kinderen in een fantasiespel.  * Oefent het kind zijn lichaamsbalans en gaat hij steeds soepeler bewegen.

Opzegversje

Teken vooraf een gezichtje op je wijsvinger, middelvinger  Drie kaboutertjes en ringvinger. Maak een vuist van je hand en vertel dat        Klop, Klop, klop, is er iemand thuis? er drie kaboutertjes in je hand zitten. Zeg het versje op        Één kaboutertje komt uit zijn huis. en beeld het tegelijkertijd uit. Klop steeds op je vuist en        Klop, Klop, klop, doe eens open! laat een voor een je wijsvinger, je middelvinger en je        Één kaboutertje komt naar buiten gekropen. ringvinger naar buiten komen. Laat tot slot de drie ‘vinger-       Klop, Klop, klop, kom je nou? kabouters’ naar je baby/kind kijken en hem begroeten.        Drie kaboutertjes kijken naar jou.

Hoe kunt u aansluiten bij het thema?

Verzorgen 0-1,5 jaar:  * Doe tijdens het verzorgen een verstopspelletje met jouw baby. Verstop de hand van jouw baby onder een handdoek en reageer verbaasd. ‘Waar is je hand nou?’ reageer enthousiast als de hand van jouw baby weer tevoorschijn komt. Herhaal hetzelfde spelletje regelmatig, zodat jouw baby leert herkennen wat er komen gaat. Wissel ook eens af door in plaats van de hand, een voet van jouw baby onder een handdoek te verstoppen. Hoe beter jouw baby het spelletje kent, hoe beter hij kan meespelen. Misschien wil hij al zelf zijn hand onder een handdoek verstoppen.  Samen een klusje doen 0-1,5 jaar:  * Oudere baby’s vinden het vaak erg leuk om spullen in en uit te pakken. Laat jouw baby helpen zijn tas in te pakken als hij naar het kinderdagverblijf gaat. Neem hiervoor de tijd. Wanneer jouw baby alles in de tas heeft gedaan, zal hij het er ook weer uit willen halen.  * Stimuleer jouw baby om zelf zijn speeltje, beker of fles te pakken, ook al kan hij er niet gemakkelijk bij. Zo oefent jouw baby allerlei bewegingen. Als jouw baby er echt niet bij kan, kun je hem helpen door het speeltje, de beker of fles iets dichterbij te zetten.  * Wanneer een speeltje te hoog ligt, kun je er een bewegingsspelletje van maken. Pak jouw baby op en laat hem naar het speeltje ‘vliegen’. Laat hem het speeltje zelf pakken. Hierdoor krijgt jouw baby het gevoel dat hij al heel veel zelf kan.  1,5-2,5 jaar: Kinderen vinden het vaak erg leuk om spullen in en uit te pakken. Laat jouw kind helpen zijn tas in te pakken als hij naar het kinderdagverblijf gaat. Wat heeft hij nodig? En past het allemaal in de tas? 2,5-4 jaar: Kinderen vinden het vaak erg leuk om spullen in en uit te pakken. Laat jouw kind helpen zijn tas in te pakken als hij naar het kinderdagverblijf gaat. Wat heeft hij nodig? En past het allemaal in de tas? Geef jouw kind expres ook iets wat niet in de tas past. Bijvoorbeeld een groot boek. Kan jouw kind al vertellen dat het niet past, dat het te groot is?

Zingen 0-1,5 jaar: Wanneer jouw baby vanaf ongeveer 6 maanden stevig op schoot kan zitten, geniet hij ook vaak van schootspelletjes. Zing het liedje ‘op een grote paddenstoel’. Laat jouw baby op jouw schoot heen en weer wippen en laat hem bij krak een stukje tussen je benen zakken. Pas je tempo altijd aan het tempo van jouw baby aan. De ene baby houdt nu eenmaal meer van drukke spelletjes terwijl de andere baby het liever rustig aan doet.  1,5-2,5 jaar: Neem jouw kind op schoot en zing het liedje ‘op een grote paddenstoel’. Laat jouw kind op jouw schoot heen en weer wippen en laat hem bij krak een stukje tussen jouw benen zakken. Pas jouw tempo altijd aan het tempo van jouw kind aan. Het ene kind houdt nu eenmaal meer van drukke spelletjes, terwijl het andere kind het liever rustig aan doet.  2,5-4 jaar: Neem jouw kind op schoot en zing het liedje ‘op een grote paddenstoel’. Laat jouw kind op jouw schoot heen en weer wippen en laat hem bij krak een stukje tussen jouw benen zakken. Pas jouw tempo altijd aan het tempo van jouw kind aan. Het ene kind houdt nu eenmaal meer van drukke spelletjes, terwijl het andere kind het liever rustig aan doet.

Samen praten 1,5-2,5 jaar: Besteed thuis extra aandacht aan de begrippen ‘groot’ en ‘klein’ door tijdens de dagelijkse bezigheden te benoemen wat groot en klein is. Maak het speels door tijdens een wandelingetje bijvoorbeeld kabouterstappen en reuzenstappen af te wisselen, of tijdens het eten eerst een reuzenhap te nemen en daarna een kabouterhapje.  2,5-4 jaar: Besteed thuis extra aandacht aan de begrippen ‘groot’ en ‘klein’ door tijdens de dagelijkse bezigheden te benoemen wat groot en klein is. Maak het speels door tijdens een wandelingetje bijvoorbeeld kabouterstappen en reuzenstappen af te wisselen, of vraag jouw kind tijdens het eten eerst een reuzenhap te nemen en daarna een kabouterhapje.

Kijkje in de groep 1,5-2,5 jaar: Heeft jouw kind jou al laten zien dat er in de groep grote en kleine dingen te vinden zijn? Kan jouw kind aanwijzen welke spullen van de reuzen en welke spullen van de kabouters zijn?  2,5-4 jaar: Heeft jouw kind jou al laten zien dat er in de groep grote en kleine dingen te vinden zijn? Kan jouw kind vertellen welke spullen van de reuzen en welke spullen van de kabouters zijn?

Bewegen 0-1,5 jaar: Wanneer jou baby na het bad of tijdens het verzorgen geen luier aan heeft, vindt hij het vaak fijn om even lekker met zijn beentjes te bewegen. Leg jouw baby op zijn rug en zet jouw handen tegen zijn voetzolen. Voel of jouw baby tegen jouw handen aanduwt met zijn voeten. Door langzaam een ronddraaiende beweging te maken, fietst jouw baby in de lucht. Het is belangrijk dat jouw baby er plezier in heeft. Zo niet, probeer het dan later nog eens.  * Laat jouw baby, wanneer hij al goed kan lopen, ook eens op jouw voeten lopen. Zet jouw baby op jouw voeten en maak kleine stappen. Houdt jouw baby goed vast, want het is heel moeilijk om zo je evenwicht te bewaren! * Dans met jouw baby op de arm op muziek met een verschillend ritme. De ene keer maak je korte en snelle bewegingen en de andere keer grotere en ruimere bewegingen.  1,5-2,5 jaar: Zet jouw kind eens op jouw voeten. Maak nu kleine kabouterstapjes en hele grote reuzenstappen. Houd jouw kind goed vast, want het valt niet mee om zo je evenwicht te bewaren!  * Dans samen met jouw kind op muziek met een verschillend ritme. Kies de ene keer muziek waarop jullie korte en snelle bewegingen kunnen maken en de andere keer grote en ruime bewegingen.  2,5-4 jaar: Zet jouw kind eens op jouw voeten. Maak nu kleine kabouterstapjes en hele grote reuzenstappen. Houd jouw kind goed vast, want het valt niet mee om zo je evenwicht te bewaren!  * Dans samen met jouw kind op muziek met een verschillend ritme. Kies de ene keer muziek waarop jullie korte en snelle bewegingen kunnen maken en de andere keer grote en ruime bewegingen. Kan jouw kind op de muziek laten zien hoe een kabouter en een reus bewegen?

Spelen 1,5-2,5 jaar: Maak met een oud laken een huisje tussen twee stoelen. Zet het laken vast met knijpers. Jouw kind heeft nu een eigen kabouterhuisje. Laat hem een paar speeltjes uitzoeken om mee te spelen in zijn kabouterhuisje.  2,5-4 jaar: Maak met een oud laken een huisje tussen twee stoelen. Zet het laken vast met knijpers. Jouw kind heeft nu een eigen kabouterhuisje. Laat hem een paar speeltjes uitzoeken om mee te spelen in zijn kabouterhuisje.

Ontdekken 0-1,5 jaar: Stapelbekers, bakjes of doosjes die in elkaar passen zijn leuk babyspeelgoed. Baby’s kunnen vaak eindeloos bezig zijn met het in en op elkaar stapelen van bakjes of doosjes, en met het ontdekken van wat wel en niet in elkaar past.   1,5-2,5 jaar: Neem een leeg blad papier en trek met een potlood jouw eigen hand om. Laat aan jouw kind zien wat je doet. Wil hij dat ook? Trek de hand van jouw kind om. Probeer daarna of jullie handen ook op elkaars handomtrek passen.  * Geef jouw kind een aantal plastic bakjes van verschillende grootte. Doe een van de bakjes vol met ongekookte macaroni. Laat jouw kind de macaroni overgieten van het ene bakje in het andere. Kinderen kunnen hier vaak eindeloos mee bezig zijn. Ze ontdekken dat de macaroni een klein bakje tot aan de rand vult en een groter bakje maar tot de helft.  2,5-4 jaar: Neem een leeg blad papier en trek met een potlood jouw eigen hand om. Laat aan jouw kind zien wat je doet. Wil hij dat ook? Trek de hand van jouw kind om. Probeer daarna of jullie handen ook op elkaars handomtrek passen.  * Hang een touw losjes tussen twee stoelen. Hang het touw in eerste instantie vrij hoog en vraag jouw kind onder het touw door te lopen of te kruipen. Hang het touw dan steeds een stukje lager totdat jouw kind er niet meer onderdoor kan. Maar dan kan hij er misschien wel overheen stappen. Tot welke hoogte lukt het jouw kind om over het touw te stappen?